Tewaterlating Motorzeesleepboot ELBELaunching of seagoing motortug ELBE
In het begin van 1959 zal de Clyde er een zuster bij hebben. We behoeven bij schepen nooit te wachten op de geboorte om te weten, of het een zusje of een broertje is en het den door houden geschiedt doorgaans lang voordat de uiteindelijke voltooiing zijn beslag heeft gekregen.
In verband met het getij, is dit zusje eerst tegen schemer op 14 october bij J. & K. Smit te Kinderdijk door mevrouw D.G. Lels-Elbeling ten doop gehouden.
Dit nieuwe schip met een actieradius van meer dan 17000 mijl zal, evenals de Clyde, bestemd zijn voor de lange reis en voor het stationswerk.
Tijdens de samenkomst na de tewaterlating, bracht de heer ir. W. van Beelen namens de directie van de werf een woord van dank uit voor de opdracht tot de bouw van de Elbe, die reeds tijdens de proeftocht van de Clyde werd verstrekt. In dit zusterschip zijn de ervaringen, opgedaan met de Clyde, als verbeteringen verwerk. De heer Van Beelen sprak er zijn vreugde over uit, dat vrijwel alle zeeslepers aan de Noord zijn en worden gebouwd en dat zijn werf hierin steeds een zeer belangrijk aandeel heeft gehad. Aan de petemoei overhandigde de heer Van Beelen een kleinood als aandenken van deze door haar verrichte tewaterlating.
“Het is merkwaardig”, aldus de heer Murk Lels in zijn wederwoord, “dat de duisternis, waarin mijn echtgenote de Elbe tewater heeft gelaten, als het ware een symbool is van de duisternis in de scheepvaart. De wereldscheepvaart heeft heden ten dage een moeilijke periode, maar ik twijfel er niet aan dat na kortere of langere tijd wederom een opbloei zal komen.
Het klink als een tegenspraak hiervan, maar toen mij onlangs werd gevraagd, of wij met dit schip haast hadden, heb ik U duidelijk gemaakt, dat wij door de ontwikkelingslijn in de wereldscheepvaart zeeslepers van deze klasse dringend van node hebben. De steeds grotere omvang van tankers en ertsschepen, die op stapel worden gezet, maar ook de drijvende boortorens, waarvan thans eenheden tot 6000 ton in aanbouw zijn, vereist een dienovereenkomstig grotere sleepkracht.
Wij dienen er rekening mee te houden, dat in de toekomst nog grotere objecten over de wereldzeeën gesleept moeten worden en zeeslepers in de klasse van de Elbe zijn daar, om hun waarde te bewijzen. Zij kunnen worden ingezet, daar waar normaliter twee eenheden van een kleinere klasse nodig zijn. Juist omdat de concurrentie dit vereist, moeten wij deze grotere objecten in de toekomst met één boot kunnen verslepen. Mijn stelling is, dat het nu eenmaal moeilijker is aan de top van een bedrijfstak te blijven dan er te komen. Maar dit vereist de beste schepen, de beste bemanningen en de beste walorganisatie. Zolang wij aan deze voorwaarden blijven voldoen, zie ik de toekomst met vertrouwen tegemoet”.
De heer Les richtte tot slot een woord van dank tot allen, die aan de totstandkoming van dit prachtige schip hadden meegewerkt.